top of page

Geschiedenis van het glas

In de 10de en 11de eeuw is glas-in-lood uitgevonden en kwam al snel in opmars op de europeese markten. Omdat bij de eerste productiemethodes van glas geen grote ruiten gemaakt konden worden, werden de kleine glasplaatjes in loden profielen gezet of in smalle houten rasters. Glas werd gekleurd door het toevoegen van metaaloxides aan het gesmolten glas in een aardewerk pot boven een vuur of fornuis. Koperoxides werden toegevoegd om groen glas te maken; kobalt voor blauw glas en goud voor rood gekleurd glas

​

Mondgeblazen of cilinderglas

​

Dit glas wordt in een bol geblazen en gedraaid in houten vormen tot er een uniforme wanddikte ontstaat. Daarna worden de boven en onderkant opengewerkt zodat er een cilinder ontstaat. Na langzaam afkoelen in de oven (aneallen) wordt de cilinder aan één kant overdwars ingesneden met een glassnijder. In de oven wordt de cilinder opengevouwen en ontstaat er een glasplaat. Deze plaat moet opnieuw langzaam afkoelen in de oven. Dit glas wordt vanaf de 10de eeuw gemaakt; welliswaar in het begin in kleine cilinders. (Zie tekening hieronder) 

Geslingerd glas of rondels

​

Ook dit glas wordt in een bolletje geblazen. De grootte van de bol zal ook de grootte van de rondel gaan bepalen. Het bolletje wordt daarna aan een staaf bevestigd en opengewerkt aan een kant. Door nu het glas te draaien, ontstaan er een glazen schijf. Als de juiste dikte is bereikt, wordt de staaf verwijderd en het glas langzaam afgekoeld in de oven. Ook dit glas wordt vanaf de 10de eeuw gemaakt. (Zie tekening beneden) 

Tafel-gerold glas of Tish-cathedral

​

Dit glas wordt gemaakt door met een lepel glas te gieten op een metalen tafel waar een structuur op is aangebracht. Door daarna het glas uit te rollen op de tafel ontstaat op de glasplaat de structuur die op de tafel is aangebracht en aan de gerolde kant een gladde oppervlakte. Tegenwoordig zijn er fabrikanten zoals Specturm en Wissmach in Amerika die dit glas machinaal vervaardigen. 

Men kan figuurglas allerlei kleuren geven zoals : blank - groen - brons, geel - blauw en bruin.
Figuurglas wordt toegepast in voordeuren, tussenwanden, badkamers en douchecabines 

GG3
GG4
GG5
GG6

Getrokken glas

​

Deze methode (Fourcoult systeem) is vooral ontwikkeld voor het fabrieksmatig maken van vensterglas. Het glas wordt hierbij verticaal uit de oven getrokken met een vuurvaste stenen balk. Daarna in stukken gesneden en langzaam weer afgekoeld in de oven. Kenmerkend van dit glas is de lichte vervorming in de glasplaten en de trekstrepen in het glas. Dit type glas is vanaf 1900 tot 1965 veel gebruikt voor het beglazen van woningen. Nu wordt het alleen nog gebruikt voor restauraties en glas-in-lood panelen. Schott gebruikt dit systeem nu nog voor het maken van Artista en Imera glas. 

A. Vloeibaar glas. 

B. Debiteuse.

C. Koelers.

D. Glasband.

E. wals of trekrollen.

Float glas

​

Eeuwen lang heeft men getracht om vensterglas zo glad mogelijk te maken. Zonder dat het glas omslachtig nabewerkt moest worden zoals bij gegoten glas. Het idee had al een Britse uitvinder rond 1900 maar de technische problemen waren erg groot. Dit soort glas is in 1965 verder ontwikkeld in Engeland en heeft nu bijna de gehele vlakglasindustrie overgenomen. Door heet glas over een bad van gesmolten tin te laten drijven (float) worden grote platen glas gemaakt. Dit glas is perfect glad aan twee kanten en heeft geen vervorming.

© 2023 by Name of Site. Proudly created with Wix.com

bottom of page